Aan welke maatschappelijke uitdaging op het gebied van AI wordt gewerkt?
Het ELSA Lab richt zich op mensen met een ernstige meervoudige beperking en mensen met een ernstige verstandelijke beperking. Deze groep cliënten heeft bij uitstek persoonsgerichte zorg nodig. Het betreft cliënten die niet zelf in staat zijn een zorgvraag te uiten. Informatie uit sensoren en lerende algoritmen kunnen helpen bij bijvoorbeeld het begrijpen van het zogeheten ‘moeilijk verstaanbaar gedrag’ en bij de preventie van gedrags- en gezondheidsproblemen. Bovendien kampt ook de gehandicaptenzorg al jarenlang met een arbeidsmarkttekort. En ook hierbij kan de inzet van AI een belangrijke rol gaan spelen.
Wat voor type oplossing wordt de uiteindelijke gebruiker geboden?
Het ELSA Lab gaat meerdere oplossingsrichtingen onderzoeken. Gestart wordt met de ‘casus nachtzorg’ voor mensen met een ernstige verstandelijke en meervoudige beperking. Het gaat om mensen bij wie spanning zich kan uiten in agressie (zowel naar mensen als naar spullen) en automutilatie (zelfbeschadiging). Voor die groep is veiligheid en zorg gedurende de nacht extra belangrijk. Zijn ze ’s nachts lang wakker? Zijn ze onrustig? Dwalen ze rond? Roepen ze? Zij worden in de nacht actief gemonitord, zowel voor hun eigen welzijn en veiligheid als die van de mensen in hun omgeving. De nachtzorgtechnologie die zorgorganisaties momenteel veelal gebruiken, maakt geen gebruik van AI. Het monitoren gebeurt vaak nog door het plaatsen van microfoons in de slaapkamers en het op afstand uitluisteren van honderden cliënten tegelijkertijd. Er is ook een tweede generatie nachtzorgtechnologie, waarbij er eenvoudige sensors worden ingezet die op basis van triggers werken. En er zijn zorgorganisaties die met slimme sensors werken (derde generatie nachtzorgtechnologie). Het ELSA Lab richt zich op het scenario waarbij een AI-systeem data combineert en in staat is om meldingen mét handelingsadvies te geven. De verwachting is dat deze vierde generatie nachtzorgtechnologie over vijf tot tien jaar werkelijkheid zal zijn.
Welke AI-methoden of technologieën worden er tijdens het onderzoek gebruikt?
Er wordt gestart met de data uit zorgregiesystemen en de nachtzorgdata van zorginstellingen. Dat gebeurt in samenwerking met de leveranciers die de huidige technologie leveren. Daarmee krijgt het Lab zicht op type data (geluiden, camerabeelden, sensoren) die nu al gebruikt worden. Welke technologie wordt toegepast? En hoe vaak? Geven de data duidelijke piekmomenten aan? Wat is de relatie tussen de signalen en daadwerkelijke ‘events’ waar een zorgmedewerker in actie moet komen? Het zijn vooral dit soort vragen die een rol spelen bij de contextanalyse in de eerste fase.
Wordt er samengewerkt met andere sectoren?
In deze beginfase ligt de nadruk echt op het ontwikkelen van specifiek op de gehandicaptenzorg gerichte AI-oplossingen. Academy Het Dorp is daarbij de coördinator. Dat alles onder leiding van Brigitte Boon, die bij Tranzo, Tilburg University een leerstoel op het gebied van data en technologie in de gehandicaptenzorg bekleedt. Het consortium bestaat onder andere uit zorgorganisaties, ontwikkelaars en leveranciers van (nacht)zorgtechnologie, data scientists, beroepsverenigingen en belangenverenigingen van cliëntengroepen en de zorg. Voor elke casus wordt het consortium specifiek samengesteld.
Wat is het ultieme succes dat dit ELSA Lab kan bereiken?
Dat het nachtzorgproces voor mensen met een ernstige en meervoudige verstandelijke beperking door de inzet van AI verbetert. En wat meer specifiek: dat er in 2032 algoritmen voor het nachtzorgproces beschikbaar zijn, en die ook daadwerkelijk door drie tot vijf van de deelnemende gehandicaptenzorginstellingen worden gebruikt. Daarbij is het ultieme doel om met die nieuwe aanpak dusdanig succesvol te zijn dat andere instellingen in de langdurende zorg ook van die AI-technologie gebruik willen maken en dat vervolgens ook grootschalig gaan doen. Op die manier kan deze ontwikkeling bijdragen aan een verbetering van de werkwijze voor de gehele sector.
Gehonoreerd met het NL AIC Label
De Nederlandse AI Coalitie heeft het NL AIC Label ontwikkeld om haar visie op de ontwikkeling en toepassing van AI in Nederland kracht bij te zetten. Een NL AIC Label is een formele erkenning van (de kwaliteit van) een activiteit in lijn met de ambities en strategische doelen van de NL AIC. De NL AIC feliciteert het ELSA Lab AI Solutions for Disability Care van harte!
Meer informatie?
Onderstaande personen zijn betrokken bij de ontwikkeling van dit ELSA Lab:
- dr. Brigitte Boon, Tranzo, Tilburg University & Academy Het Dorp.
- Ruud de Nooij, Academy Het Dorp.
Wilt u meer informatie over Mensgerichte AI en het ELSA concept, dan nodigen we u graag uit deze pagina te bezoeken.